Panna cotta doet het altijd goed als afsluiting van een etentje. Vooral ook voor de kok, want het is makkelijk en snel gemaakt. Dit Italiaanse dessert betekent gekookte (cotta) room (panna) en het is ook niet meer dan dat. Een zijdezacht, wiebelend vanille puddinkje is het resultaat. Qua smaak houd ik het eigenlijk altijd basic met vanille en dan serveer ik het graag met een fruit coulis (gezeefde fruitsaus) of een fruit compôte. Je kunt het houden bij rood fruit, zoals frambozen, aardbeien, bessen of bramen. Of je kunt kiezen voor tropische smaken met de kokos panna cotta in combinatie met een mangocompôte, ook super lekker. Een andere frisse variant is de creme fraîche panna cotta met bijvoorbeeld een gepocheerd peertje en wat geroosterde amandelssnippers. Een panna cotta moet een beetje wiebelen en smelten in je mond, geen stijve pudding dus! Serveer de panna cotta’s in een glas of coupe en serveer de compôte er op of gebruik vormpjes (kunnen ook glazen zijn) en stort de panna cotta’s op een serveerbordje om te serveren. Dit is een dessert dat super handig is voor etentjes zonder stress en altijd een succes.
Lees Meer